887 Antoni van Leeuwenhoek

Iedereen die wel eens bij het Antoni van Leeuwenhoek moet zijn weet dat ze daar grondig aan het verbouwen zijn, net als in het stadhuis. Dat kan interessante inzichten opleveren. Zo moet je bij het stadhuis ongeveer een half uur inplannen om de juiste kamer te vinden en is er bij het AvL speciaal vervoer beschikbaar van de parkeergarage naar het ziekenhuis. Dat is voor degenen die slecht ter been zijn wel handig, zeker wanneer de invalidenparkeerplaatsen bezet zijn.

De lopers redden het wel, lijken ze gedacht te hebben. Laten we voor hen het parcours zo aantrekkelijk mogelijk maken. Ten eerste is de parkeergarage geheel verpakt in bamboe. Dat ziet er tijdens de bouw al bijzonder uit en nu nog steeds is het iets waar je naar omkijkt. Dat is wel gevaarlijk, want het kan druk zijn rond het veel bezochte ziekenhuis. De wandeling naar de ingang is niet rechtuit zoals je zou verwachten, maar leidt via interessante door architecten bedachte hoekige looproutes langs alle mogelijke gemeentelijke aanplant. Gedachteloos naar binnen lopen is er niet bij. Er staan overal hekjes om schuin oversteken en olifantenpaadjes tegen te gaan.

Goed. Ik ben mooi op tijd en heb ook nog een boek bij me, dus dat komt goed. Ik pak koffie en lees een paar hoofdstukken. Dan meldt dokter Wit zich – een half uur te laat. Het gesprek met haar lijkt op de wandeling die ik zo juist beschreven heb.

– Zo meneer Vegter, goedemorgen! Hoe is het met u? Ik had u bijna niet herkend!
– Goedemorgen dokter, ja, je moet alles een beetje uitproberen, zeg ik terwijl ik aan mijn steeds langer wordende baard pluk.
– Ja, maar u bent ook zo slank geworden! Heeft u klachten?
– Dankjewel dokter, nee, ik heb geen klachten.
– Heeft u geen klachten??
–  Ja, ik heb geen klachten.
– De PSA is mooi laag gebleven.
– Dat is mooi.
– Dan zullen we een nieuwe afspraak maken voor over vier maanden.
Ze tikt iets in op haar computer.
– Heeft u nog medicatie?
– Nee, die is bijna op. Ze schrijft een receptje uit voor drie maanden.
– Dat is niet genoeg tot april.
Ze schrijft er ‘+herhaling’ op.
– Het kan worden herhaald.
– Dat is mooi. Hoe lang werken deze medicijnen eigenlijk?
– Dat kan ik niet zeggen.
– O, wat bijzonder! Ben ik de eerste patiënt die dit gebruikt? Wat een eer!
– Nee, maar het is heel verschillend.
– Dat begrijp ik. Hoe lang duurt het gemiddeld – ongeveer?
– Dat kan ik niet zeggen.
– O. Hm. Hoe lang hebben de andere patiënten dit gebruikt?
– Ja, ik begrijp uw vraag,  maar dat kan ik niet extrapoleren naar uw situatie.
– Dat vraag ik ook niet. Over mij hoeven we het niet te hebben. Dat is in de toekomst verborgen, maar ik wil graag kennis nemen van je ervaring, want die heb ik niet en dan heb ik een beeld.
– Gemiddeld is het ongeveer een jaar.
– Dat is fijn om te weten en ook belangrijk voor mij, want ik dacht dat het gemiddeld wel drie jaar was.
– O, maar dat kan ook heel goed. Sommigen doen er wel vijf jaar mee.
– Zo! Maar als het gemiddelde dan een jaar is zijn er dus ook patiënten bij wie het veel korter werkt.
Ze knikt kort.
– En daarna?
– Daarna gaan we injecties doen. Dat duurt statistisch drie jaar, zegt ze nu spontaan, bijna trots, alsof ze het zelf bedacht heeft.
– Dat is fijn om te weten. En daarna?
Ze noemt allerlei ingewikkelde en moeilijke medicijnennamen.
– Dat is chemotherapie?
– Ja, dan gaat u over naar oncologie.
Ate heeft goed zijn best gedaan en mag over naar oncologie. Ik kon haar opluchting bijna voelen.
– Dat is mooi. Wanneer begin ik eigenlijk pijn te krijgen en zo, want ik heb nu nog nergens last van.
– Dat is pas in het laatste stadium.
– Kijk, dat is dan goed geregeld.
– Maar daardoor weet u niet hoe de progressie van uw ziekte is.
– Dat is juist zo plezierig. Daar heb ik ook  niet de minste belangstelling voor. Het is nu toch al uitgezaaid en zo?
– Ja, in de lymfklieren.
– En daarna gaat het verder.
Ze knikt.
– Naar de botten.
– En dan beginnen de klachten.
– Mogelijk, maar dat duurt nog even. Daarom bevriezen we het nu.
– Mooi, dat is fijn om te weten. Hartelijk dank voor de uitgebreide  informatie en een fijne dag nog met de andere patiënten.

Ik geef haar een hand. Op de administratie maak ik een afspraak op 26 april, de dag voor Koningsdag. Met een feestelijk oranjegevoel rijd ik naar mijn werk, waar mij nog een kerstlunch en twee beoordelingsgesprekken wachten.

Ate Vegter, 22 december 2017
www.atevegter.wordpress.com

1 Comments

  1. Goede, gepaste, maar ook dappere vragen Ate. Blij met de PSA! Je kunt inderdaad weer op weg, met ook de sterkte van ons in je zak!

    Like

Plaats een reactie